Op herfstvakantie in de Berghut
Vorige week waren oud-pleingenoot uit Utrecht Janneke en haar twee kinderen Wander en Lisa bij ons op bezoek. Het was heel gezellig! Wat een leuke dynamiek ook, met andere kinderen in huis erbij. Een verslag van Janneke:
“Zes dagen met twee kinderen met de trein naar Oostenrijk? Het is niet echt het eerste waaraan ik denk voor onze herfstvakantie. Toch doen we het en we hebben geen seconde spijt van!
Elf uur treinen klinkt lang en saai, maar is eigenlijk “quality-time” ten top. Boekjes lezen, spelletje doen, de kinderen leren vingerbreien, gesprekjes voeren, de tijd vliegt om en ik hoef lekker niet op het verkeer te letten. Drie keer overstappen is een welkome onderbreking en een goed moment om wat lekkers te kopen. De plaatsen gereserveerd, het reisschema tot op het perron nauwkeurig, dus al met al een makkie.
Eigenlijk zijn we nog nooit in de ‘echte’ bergen geweest. De trein van München naar Wörgl is dan ook een feestje. Oh’s en Ah’s; moeten we nou door het linkerraam of het rechterraam naar al dat moois kijken? De stoptrein vanaf Wörgl is helemaal top. Vanuit een warme trein kijken we hoe buiten het landschap steeds grilliger en witter wordt. Er ligt op sommige plekken een dik pak sneeuw!
Taxenbach is ons eindstation en Nelleke wacht ons daar al op. Best gek om je oude buurvrouw van ons Nederlandse pleintje daar nu als vanzelfsprekend te begroeten! Nelleke en Hans doen waarvan anderen soms alleen maar van blijven dromen. Niet uit onvrede, maar gewoon omdat het andere een leuke en bijzondere uitdaging is. Een gekoesterde wens. En vanwege die bergen natuurlijk… Pension Sonnleit’n wordt straks ‘de Berghut’, of eigenlijk is dat het al een beetje.
Wij slapen in een kamer die al af is. Eigenlijk meer een appartement. Een klein knus kamertje voor de kinderen en een grote kamer voor mij… met uitzicht op die bergen natuurlijk! Ons vertrek is op de tweede verdieping. Overal in de Berghut wordt nog druk geklust, dus onze route naar beneden loopt langs toekomstige kamers in allerlei soorten en maten. Beneden een grote Stube met houten banken en ‘gepotdekselde’ muren. Iedere ruimte heeft wel een uitzicht op een berg of meerdere bergtoppen.
Onze dagen zijn goed verdeeld. In de ochtend, na ons ontbijt, vertrekken wij voor een flinke wandeling. In de middag, spelen de kinderen met Tobi en Ibon of vermaken zij zichzelf en help ik met het nodige aflakwerk [veel hout is veel lakken…;-)]. ‘s Avonds na de warme maaltijd doen we samen een spelletje. Daarna lekker op tijd onder een zalig warm dekbed.
De eerste dag rijden we met Nel en de kids naar het eind van het dal. Steeds minder huizen en de aanblik van de enorme bergen maken en het landschap indrukwekkend mooi.
Via allerlei haarspeldbochten komen we op een parkeerplaats waarvandaan we naar een hoger gelegen vlakte lopen. Het is een wit sprookje; de bermen tot minstens kniehoogte bedekt met maagdelijk witte sneeuw net als alle naaldbomen. De kinderen rollen en dollen door de sneeuw en ik geniet vooral van de mooie plaatjes en het uitzicht.